Onderstaande is eerder gepubliceerd in Kerk&Nieuws 2018/2
Het is heel makkelijk om grote woorden te gebruiken. Als je iets wilt regelen, plannen maakt dan klinkt al snel ‘we gaan dat doen’ of ‘we kiezen voor vrijheid of vergeving’. Op de tekentafel zijn grote lijnen zo geschetst. Misschien een typische valkuil van bestuurders (dus ook kerkenraden) om een goed beleid neer te zetten met grote woorden. En dan de praktijk? Gelukkig gaat het niet altijd zo, het is een valkuil.
In de Bijbel komen we veel grote woorden tegen. Afgelopen zondag stonden we in de kerkdienst te Well stil bij Johannes 1, over Johannes de Doper. Hij wijst naar de Here Jezus als ‘het lam Gods wat de zonde van de wereld wegneemt’. Over grote woorden gesproken. Hoe vaak komen grote woorden niet voorbij in de kerkdienst zelf? In de liederen, gebeden, lezingen. Neem een lied als ‘Grote God, wij loven U’. Niet voor niets opgenomen in bijna alle zangbundels.
Grote woorden, maar maak ik zelf het dagelijks waar? Je zou toch verwachten dat een dominee de hele dag God looft. Nou, dat valt tegen. Het lied zingt ook verder: ‘heel de wereld buigt voor U en bewondert uwe werken’. Een korte blik op het journaal of in de krant vertelt ook een ander verhaal. Grote woorden in het geloof, maar de alledaagse praktijk is anders.
Tussen iets uitspreken en iets bereiken zit een groot verschil. Het is goed om daar ook eens bij stil te staan. Wat willen we bereiken met het zingen van liederen, wat horen we als er grote woorden worden gesproken?
We hebben als mensen in ons leven richting nodig. Inspiratie. De Geest die ons in de juiste banen leidt. Grote woorden helpen ons om een stip op de horizon te zetten. Als de Bijbel dan spreekt over het lam Gods wat de zonde wegneemt, dan is dat een heel groot Woord. Het is een belofte van Gods eeuwigheid, waar het goed zal zijn. Maar nu is het nog niet zo ver. Nu leven we nog in de zonde, in het afgesneden zijn van God.
Een stip op de horizon geeft richting waar we dan wél heen mogen gaan. Welke richting we moeten opkijken. Het derde vers uit het eerder genoemde gezang zingt dan ook ‘Heer, ontferm U over ons’. Het gezang is dus geen sluiten van de ogen alsof er niks aan de hand is. Grote woorden moet je soms spreken om te zien welke kant je op moet.
Als er grote woorden worden gesproken, is het goed om te realiseren dat het doel met kleine stapjes worden behaald. Juist God doet dat voor. Hij liet zich kleinmaken en kwam naar ons toe in Zijn zoon Jezus Christus. Hij was mens onder mensen, aan te raken maar ook te doden. Heel gewoon, heel alledaags.
Maar juist in dat gewone, in dat alledaagse begint ons leven. Begint onze zoektocht naar de invulling van die grote woorden. Wat is vergeving? Een groot woord. Maar begin er maar eens aan als je vergeving vraagt of geeft aan je buren, collega’s of vrienden. Soms zijn kleine stapjes nodig om aan die grote woorden van God invulling te geven.
We blijven mensen. We blijven met fouten en zonden. Hoe we ook streven om die grote woorden van God met kleine stappen invulling te geven, het hangt uiteindelijk niet van ons af. God is mens geworden. Hij die zelf het grootste Woord voert, heeft kleine stappen op deze aarde gezet.
Zo besluit het gezang dan ook: ‘eeuwig blijft uw trouw bestaan – laat ons niet verloren gaan’. In Zijn hand mogen we veilig zijn. Dat zijn geen grote woorden, dat is geborgenheid en redding vinden voor elk moment van het leven.
Reactie toevoegen