3D-printen is zo gek nog niet
De 3D-printer met zijn mogelijkheden doet dr. Post denken (Ref. Dagblad 2013/05/27) aan de helse wereld uit het boek ‘The Great Divorce’. Je krijgt daar onmiddellijk wat je wenst. Onmiddelijke voldoening als kwaad. Zelf heb ik een andere, positieve, gedachte bij de 3D-printer. De mogelijkheid van 3D-printen sluit aan bij een wezenlijk kenmerk van de mens.
Orde maken en inrichten is een intrinsieke waarde die wij van geen Vreemde hebben gekregen. Orde en regelmaat werken als een skelet voor een leven waarin God gediend mag worden. Een 3D-printer is een verre uiting van de menselijke neiging tot orde maken en ‘scheppen’.
Zelf doen
Het artikel van dr. Post kwam op de dag dat ik ‘s avonds met een plaatsgenoot heb zitten bouwen aan een 3D-printer. De keuze en aanschaf om dit te gaan doen, ligt niet alleen in enthousiasme voor techniek. Het gaat ook om repareren en weer heel maken. Wie kent niet de frustratie dat als een dopje van een speciale fietsstandaard af is, hij een hele nieuwe fietsstandaard moet kopen?
Naast het argument van repareren is er ook een milieutechnisch argument. 3D-printen werkt met plastic, wat niet milieuvriendelijk is. Maar wat is het alternatief? Een product of een vervangend onderdeel uit een fabriek laten komen? De milieubelasting kan veel hoger liggen; ook als producten vanwege het ontbreken van een onderdeel compleet vervangen worden.
Technisch is er één en ander aan te merken op de column van dr. Post. Het ‘spreek-en-het-is-er’ is niet aan ons mensen voorbehouden en ook niet van toepassing op 3D-printen. Er komt zo veel meer bij kijken dat je misschien wel sneller op en neer naar de winkel bent voor een nieuw product. Voor een instant-behoeftebevrediging kun je maar beter niet gaan 3D-printen.
Onderliggende vragen
In het artikel van dr. Post komt mijns inziens een meta-houding in de reformatorische gezindte naar boven. Wijst deze niet te veel naar externiteiten als het kwaad in plaats van deze te zoeken in de mens zelf? Want het is ‘de schuld van moderne media / popmuziek / 3D-printers / ..’ en vul maar in. Steeds weer wordt er tegen andere kwade ‘objecten’ geageerd. Te vaak is het een wijzen naar iets externs in plaats van (geestelijk) zelfonderzoek.
Tenslotte, kunnen we zonder schroom roepen dat iets ‘een hel op aarde’ is? Ik zou omgekeerd niet durven ‘iets de hemel op aarde’ te noemen. Mogen we deze twee uitersten als typering gebruiken voor iets op deze aarde? Een 3D-printer is een vernuftig stuk techniek, maar hels of hemels? Zoals elke nieuwe techniek brengt het nieuwe uitdagingen, verslavingen en mogelijkheden mee.
Reactie toevoegen